MIJN ALLERMOOISTE VERMEER

The Lacemaker
*oil on canvas
*24,5 × 21 cm
*signed t.r.:  I Meer
*1670-1671

Johannes Vermeer heeft een overzichtelijk oeuvre achtergelaten: zevenendertig schilderijen worden aan hem toegeschreven. Achtentwintig daarvan zijn nu in het Rijksmuseum te zien. Acht van die schilderijen heb ik in het echt gezien plus twee die niet op deze tentoonstelling hangen. Resteren er dus zevenentwintig die ik alleen ken van reproducties en internet.

Is dat erg? Niet echt. Internet is misschien niet een levensechte vervanging voor ‘the real thing’, maar als ik denk aan alle schilderijen op de wereld die ik nog nooit in het echt heb gezien, valt er goed mee te leven.

Daar komt bij dat ik mijn allermooiste Vermeer veertig jaar geleden heb ontdekt en die ontdekking nog steeds koester. Let wel; alle werken van Vermeer vind ik prachtig. Maar één schilderij vind ik het allermooiste: De kantwerkster.

The Lacemaker
*oil on canvas
*24,5 × 21 cm
*signed t.r.:  I Meer
*1670-1671
Johannes Vermeer (1632 – 1675)
De kantwerkster (1669-1670)
Olieverf op doek (21 x 24 cm)
Louvre / Parijs

In 1983 was ik in het najaar een kleine week in Parijs om een aantal musea te bezoeken. Het Louvre hoorde daar uiteraard bij. Na de lange hal met de grote topwerken op de eerste etage bekeken te hebben, belandde ik op de tweede etage. Daar waren kleinere zalen met schilders per land. In het zaaltje met Nederlandse schilderkunst werd mijn oog direct getroffen door een klein werkje in een grote bruine lijst.
Klein is een eufemisme: 21 x 24,5 cm. Kleiner dan een A4tje.

De maker bleek Vermeer en ik moet eerlijk bekennen dat die naam me destijds niet veel zei. Dit werk vond ik wel meteen fascinerend. Dat kwam door de kleur, het intens heldere licht en de manier van schilderen. De rode en witte draden uit het donkerblauwe kussen zagen er uit alsof de kleur zojuist was opgebracht. Ik was in die tijd een bewonderaar van de Engelse Popart en dit werk kwam verbijsterend modern op me over. Zeker niet zoals ik me destijds blijkbaar de schilderkunst uit de Gouden eeuw voorstelde.

vermeer05

Wat ook opvalt: het model is onscherp afgebeeld. Alles lijkt gericht op de handen waarmee de kantwerkster haar ambacht beoefent. Die donkere partij met dat blauwe kussen trekt zeker veel aandacht, maar door het heldere licht dat op de voorovergebogen gestalte van het meisje valt, wordt die aandacht als het ware omgebogen naar haar handen. Dat wordt versterkt door de intens geconcentreerde blik waarmee het model zelf naar haar werk kijkt.
Zonder die donkere partij op de voorgrond zou het schilderij trouwens maar een fletse bedoening worden. Vermeer weet als geen ander gebruik te maken van elementen als een stoel, een gordijn of een deuropening die een beetje als ‘nutteloze’ rekwisieten lijken te fungeren. Maar nutteloos zijn ze allerminst: ze zorgen voor schitterende (kleur)contrasten, geven diepte en leiden ons oog.

Als je trouwens goed kijkt, zie je dat het tafeltje met het kantwerk een visuele echo is van het blauwe kussen en het kleed waarop dit ligt. Zo zorgt het niet alleen voor een lichtcontrast, maar ook een soort beeldrijm.

vermeer03

Het gezicht van het meisje bestaat uit een paar lichtvlekken; summiere aanduidingen van neus, wangen, oogleden en voorhoofd. Vandaar dat de impressionisten bijzonder onder de indruk raakten van Vermeer die in hun tijd een ‘comeback’ aan het maken was.

En nu we toch bezig zijn: rechts zit nog een klein oneffenheidje in de muur, alsof daar een spijkertje heeft gezeten. Heeft Vermeer op enig moment gedacht dat hij muur achter het meisje tastbaar moest maken, de ruimte moest begrenzen, omdat het anders ‘alleen maar’ een grijs vlak zou zijn?

vermeer07

Meer Vermeer op Beeldtaalblog?

©2023 Willem Visser / ontwerp: BEELD&TAAL txtpro*nl
e943ecc8-5be2-4768-a17e-1b829b908afe 7b24d431-b33f-4266-8e00-6ec431907477

Een reactie op “MIJN ALLERMOOISTE VERMEER

Plaats een reactie